Menu
Uit liefde ben je bereid veel te doen

Uit liefde ben je bereid veel te doen

Bij de broer van Jacqueline Sosef, Strategic Partnerships Manager bij Roche, werd tien jaar geleden klassiek autisme vastgesteld. De laatste vier jaar regelde Jacqueline veel voor haar broer. ‘Daarnaast heb je een eigen leven met kinderen en fulltime werk draaiende te houden. Dat is soms wel een spagaat’, vertelt ze. Gelukkig kon ze op het begrip en de flexibiliteit van haar leidinggevende rekenen. Roche is lid van de Vereniging voor Innovatieve Geneesmiddelen en druk bezig de organisatie mantelzorgvriendelijker te maken.

‘Mijn broer heeft tot vier jaar geleden bij mijn ouders gewoond. Toen overleed mijn vader en wilde mijn moeder kleiner gaan wonen. Rond diezelfde tijd werd hij ontslagen bij het bedrijf waar hij al zijn hele leven werkte. Hij kon niet goed meekomen met alle vernieuwingen en mensen vonden hem soms lastig in de omgang’, vertelt Jacqueline. Wat volgde was een periode waarin Jacqueline en haar zus veel regelwerk voor hun broer deden. Jacqueline was contactpersoon richting allerlei instanties, zoals de gemeente, GGZ, huisarts en een organisatie die hem zou helpen bij het vinden van nieuw werk. ‘Hoewel ik mijn broer dus niet hoef te verzorgen, vergt het regelwerk behoorlijk wat tijd en energie. Dat zit ‘m ook in het feit dat je veel van je broer houdt en alles je daardoor na aan het hart ligt.’

Zelfstandig wonen
Praktisch gezien hield het voor Jacqueline in dat ze vanuit Oegstgeest soms naar het Westland moest rijden voor bijvoorbeeld een afspraak bij de gemeente waar haar broer woonachtig is. Ook regelde ze begeleiding zodat hij computervaardigheden kon opdoen. ‘Mijn zus en ik zijn ontzettend trots dat het ons allemaal gelukt is, zodat mijn broer op dit moment zelfs helemaal zelfstandig woont.’

‘Uit liefde ben je bereid om veel te doen, maar je moet ook denken: ik ben er zelf ook nog.’

Vaak vond het regelwerk tijdens kantooruren plaats. ‘Soms kwam ik met mezelf in conflict,’ vertelt Jacqueline, ‘want ik wil mijn werk voor Roche ook goed doen.’ Op een bepaald moment besloot ze negentig procent te gaan werken, niet vanwege het regelwerk voor haar broer, maar om wat meer tijd voor zichzelf te hebben. Desondanks was ze vaak op haar vrije dag bezig met haar broer. ‘Dat doe ik met alle liefde en plezier. En uit liefde ben je bereid om veel te doen, maar je moet ook denken: ik ben er zelf ook nog.’

Het gesprek aangaan
Toen ze merkte dat haar vrije dag vaak in het teken stond van haar broer, heeft ze haar mantelzorgtaken aangekaart bij haar leidinggevende. ‘Roche was heel toegeeflijk en vertelden me: ‘als je ergens naartoe moet, dan moet je gewoon gaan.’ Ik kan het werk op een ander moment inhalen. Gelukkig heb ik nog nooit een crisissituatie meegemaakt waardoor ik langere tijd weg was. Maar ik heb ook een collega gehad die een heel ziek kind had. Dan wordt echt ruimte gemaakt zodat die collega er voor zijn kind kan zijn.’

‘Het thema mantelzorg is veel meer ingebed in de organisatie, waardoor de drempel wordt verlaagd om erover te praten.’

Volgens Jacqueline werden altijd al goede oplossingen gezocht wanneer een collega naast zijn werk ook zorgtaken had. De inspanning van Roche om de erkenning ‘Wij werken mantelzorgvriendelijk’ te verkrijgen, juicht ze enthousiast toe. ‘Als iemand morgen aanloopt tegen mantelzorgtaken, weet diegene nu veel sneller waar hij terecht kan en wat er allemaal mogelijk is. Het wordt kortom veel meer ingebed in de organisatie, waardoor de drempel wordt verlaagd om erover te praten. Dat raad ik iedereen dan ook aan, want er niet over praten maakt het alleen maar zwaarder.’

Oog voor werkende mantelzorgers
Ook tussen collega’s onderling is het thema makkelijker bespreekbaar, merkt Jacqueline. ‘Mensen zijn zich er meer bewust van geworden dat er allerlei mantelzorgers op de werkvloer rondlopen. Voor huidige en toekomstige mantelzorgers is het belangrijk om duidelijk te maken dat er geen taboe heerst op het thema. Dankzij het erkenningstraject is dat nu goed bespreekbaar gemaakt.’

Volgens Jacqueline zal het aantal werkende mantelzorgers alleen maar toenemen vanwege de vergrijzing en het overheidsbeleid. ‘Steeds meer mensen worden afhankelijk van hun familie of omgeving. Het is dan fijn als een werkgever oog heeft voor werknemers die er voor deze mensen willen zijn.’